donderdag 29 december 2011

Vreemde kostgangers

Ze is vermoedelijk niet langer dan 1.40 meter en zal niet meer dan wegen dan een veertje. Haar benen zijn zo dun als stokjes. De huidkleurige panty die ze altijd draagt zwiebert er dan ook ruim omheen. Het zwaarste dat ze draagt is haar beige jampotglazenbril en je kunt zien dat haar gezicht te lijden heeft onder het gewicht van dat gigantische apparaat. Ik heb niet de indruk dat de bril haar erg veel zicht verschaft. Voor de rest draagt ze altijd zo’n gebloemd keukenschort dat ik voorheen alleen kende om de brede heupen van hysterische Zuid-Italiaanse mamma’s die de hele dag ravioli aan het maken zijn. Echtgenoot en ik kennen haar omdat ze mensen op straat altijd vraagt of ze een stukje aan hun hand mag meelopen. Haar evenwicht en haar beentjes zijn namelijk zo fragiel dat ze nauwelijks zelfstandig kan lopen. Het verzoek wordt ook regelmatig aan ons gericht en wij weigeren uiteraard nooit. Het grappige is namelijk dat ze “maar” een meter of twintig met je wil meelopen. Na die afstand wil ze dat je haar tegen een brievenbus of lantaarnpaal posteert, waarna ze een ander vraagt de weg met haar te vervolgen. Over die twintig meter doe je overigens wel een tijdje.

Elke ochtend om half negen loopt er een keurig nette man door onze straat. Zijn leeftijd is mij een raadsel. Hij draagt een lichtbruine pruik met een overdadige hoeveelheid haar, getoupeerd in een geordende zijscheiding. Met een plastic zakje ruimt hij de rommel in de straat op. Om half negen ’s ochtends is onze straat aan de beurt maar ik zie het hem overal in New Haven doen. Ik weet niet of het een zegen of een vloek voor hem is dat zijn diensten zo van pas komen. Om werk zit hij nooit verlegen.

Ik kom hem altijd tegen op “The Green”, een veldje waarop je volgens de Yale-wervingsbrochure ’s middag een dutje kan doen, tenminste—al schrijven ze dat er niet bij—wanneer je wakker wilt worden in één of andere Dutroux-kelder in Westville. Hij is ook al zo’n kleintje; kan niet meer meten dan 1.60 meter. Maar hij is groots van kostuum! Hij draagt dag en (waarschijnlijk) nacht een cowboypak. Compleet met sporen aan zijn laarzen, een riem met ruimte voor zijn pistool en lasso, een bandana om zijn nek en een extravagante cowboyhoed. Deze zwarte cowboy van Connecticut is standaard voorzien van een Zorro-masker. Hij kijkt altijd schichtig om zich heen alsof hij op elk moment tot een duel zou kunnen worden uitgedaagd.

Er moet een afzetmarkt zijn voor die producten omdat het anders niet zo kan zijn dat er zoveel van dat soort winkels bestaan. Ik heb het over winkels waar je dingen kunt kopen voor je auto. Luchtverfrissers in de vorm van kerstbomen, sponzen wanten om je auto mee in de was te zetten of luipaardstoffen hoezen voor je autostoelen. Bij de kassa vind je glijmiddel voor je wielen. De mensen die hier komen winkelen zijn natuurlijk de vreemdste kostgangers van de wereld. Wanneer je werkelijk in de rij staat om een geborstelde aluminiumpookknop, een uitlaatsierstuk of een handremcover te kopen dan spoor je niet. Mijn madame fragile, opruimmeneer en black cowboy komen mij telkens weer volstrekt normaal voor wanneer ik geconfronteerd wordt met bovenstaande types. Wie is er nu in de war: degene die propjes van straat raapt of degene die het nodig vindt om een regenhoes te kopen voor zijn paraplu? Wie is nu gek: iemand die, zich terdege bewust van haar gebrek aan evenwicht, vraagt om steun van anderen of de verpleegkundige die mij standaard een rolstoel aanbiedt wanneer ik het gezondheidscentrum binnenLOOP voor een routine controle? En onze cowboy? Die heeft natuurlijk volstrekt gelijk. Het is hier per slot van rekening net het Wilde Westen.

Voor vandaag heb ik een recept dat ik maakte tijdens de kerstdagen. Het komt (weer) uit het kookboek “Tender” van Nigel Slater. Het is een salade van rode kool, blauwe kaas en walnoten.
Voor twee personen heb je meer dan genoeg aan:

1 kwart rode kool
een halve venkel
een (russet) appel (ik gebruikte een ordinaire pink lady)
een beetje citroensap
een middelgrote wortel
150 gr blauwe kaas
een handvol walnoten
1 stengel bleekselderij
2 el rode wijnazijn
2 tl milde dijon mosterd
3 el pindaolie
2 el walnootolie (ik gebruikte 5 el walnootolie en liet aanschaf van de pindaolie achterwege)
een snufje suiker

Versnipper de rode kool en de venkel. Snijd de appel in kwarten, verwijder het klokhuis en snijd in dunne plakjes. Doe allemaal in een grote schaal en druppel wat citroensap over de appel om te voorkomen dat deze verkleurt. Snijd de wortel in luciferstokjes en snijd de blauwe kaas in dunne plakjes. Voeg toe aan de schaal. Toast de walnoten in een koekenpan tot ze beginnen te geuren. Snijd ook de bleekselderij in dunne plakjes. Doe alles in de schaal. Voor zover de inhoud van de salade.

Voor de vinaigrette meng je de azijn met de mosterd en een beetje zout en peper. Voeg de olie toe en een beetje suiker. Meng alles goed door elkaar. De salade is ook de volgende dag nog erg lekker.

donderdag 22 december 2011

Bananenrepubliek 2

Op donderdagochtend 15 december was Suzanne Hart nietsvermoedend op weg naar haar werk aan Madison Avenue in New York. Ze wilde in de lift stappen en haar voet raakte per ongeluk verstrikt tussen de lift en de verdieping. Terwijl de liftdeuren nog openstonden, werd ze omhoog gesleurd en dood gedrukt tussen twee verdiepingen. In juni was de lift nog geïnspecteerd en was er niets mee aan de hand gebleken. Suzanne was 41 jaar oud.

Dit was vast een verschrikkelijk ongeluk dat overal had kunnen gebeuren maar het gebeurt in Amerika en dat verbaast me niets. Met verwondering en afgrijzen moeten Echtgenoot en ik keer op keer toezien hoe moeilijk het in Amerika blijkt te zijn om dingen op een goede manier te laten repareren. Eigenlijk kan ik wel zeggen: om dingen hier op een goede manier te regelen. Zo bleek één van de deuren in ons New Yorkse Upper West Side appartement niet langer open te kunnen omdat de schilders zoveel verf hadden gebruikt dat ze de deur letterlijk hadden dichtgeschilderd. Regelmatig moest het hele keukenplafond weer worden verwijderd vanwege lekkage en wij liepen meerdere keren per week met al onze boodschappen tien verdiepingen omhoog omdat de lift weer eens defect was. Hier zul je mij nooit meer over horen klagen. In New Haven lijkt het allemaal nog veel slechter gesteld te zijn. Ik zweer het U: als Amerika niet zo groot was geweest en er niet zoveel mensen hadden gewoond dan was dit land nooit een wereldmacht geworden. Het zou mij niet verbazen als zou blijken dat ook het Witte Huis kampt met lekkende kranen, doorgezakte bestekbakken en wc’s die niet goed doorspoelen. Michelle en Barack zullen net als Echtgenoot en ik wel overal diepvriesbakjes onder de gootstenen hebben staan om de lekkages op te vangen.

Even van een totaal andere orde. Wist U dat de meeste Amerikanen het internetbankieren nog niet hebben uitgevonden? Echtgenoot krijgt nog steeds betaald per cheque. Een cheque die wij dan moeten cashen bij de bank. Ik meen dit serieus. Ook de huur maken wij per cheque over. Allemaal handgeschreven. Soms krijgen wij een boze e-mail (e-mail is een paar jaar geleden tot deze contreien doorgedrongen) omdat de huur niet op tijd zou zijn betaald. Daar is nooit iets van waar. Die cheques verschijnen dan opeens wonderbaarlijk drie maanden later bij ontvanger. Ik heb U al eens verteld over het functioneren van de posterijen dus dit is niets nieuws.

Op yoga moet je goed opletten. De airconditioning/verwarmingsinstallatie is zo afgesteld dat je hem op “cold” moet zetten als je de ruimte wilt verwarmen en je moet “warm” gebruiken als je stikt van de hitte. Dat is werkelijk van een fantastische logica. Mocht U dus vernikkelen van de kou in een Connecticutse yoga-studio vergeet dan niet de verwarming op “extra cold” te zetten.
Je kunt waarschijnlijk ook niet anders verwachten van een land waar je zo vaak technische problemen ondervindt. Zo zit je hier regelmatig zonder vaste telefoonlijn of internet omdat alle kabels boven de grond hangen zodat er bij de minste of geringste wind een tak op valt die je contact met de buitenwereld weer voor een week verbreekt. Dat drijft een natie natuurlijk ook tot de rand van de waanzin.

Overigens hoef je niet te verwachten ergens met je klachten naartoe te kunnen. Maakt je toilet nog steeds het geluid van een oude zuchtende man wanneer je doortrekt? De loodgieter heeft een 98% tevredenheidsgarantie. Pech gehad als je tot die twee procent behoort. Russell doet zijn werk altijd goed, bijna iedereen is altijd tevreden en dus het ligt vast aan de wc. Daar valt nu eenmaal niets aan te doen.

Huisbazen mogen zonder jouw toestemming gewoon je huis in. Sta je onder de douche: soit! Heb je bezoek: pech gehad. Ben je acht maanden zwanger en heb je geen zin in een invasie van werklui: had je maar eerder moeten bedenken. Vind je bouwgruis in je net gedecoreerde kerstboom toch minder geslaagd dan engelenhaar: leef er maar mee.

Voor vandaag heb ik een auberginelasagne in de aanbieding die razendsnel een plek in ons vaste repertoire heeft ingenomen. Ik raak er steeds meer van overtuigd dat aubergines eigenlijk bedoeld zijn om zonder schil te eten (denk aan baba ghanoush!) of ze moeten lekker lang gemarineerd worden en met geduld gaar gegrild. Bij dit gerecht stoom je de aubergines boven een pan kokend water en lepel je het vruchtvlees eruit. Echtgenoot en ik vinden het zo zalig dat we dit gerecht, bedoeld als hoofdgerecht voor zes personen, met zijn tweeën opeten. Nu moet ik er wellicht wel bij vermelden dat ik nogal een veelvraat ben.

3 aubergines
3 tenen knoflook, gepeld, in plakjes
paar takjes verse tijm, blaadjes geplukt
1 gedroogd rood pepertje, verkruimeld
8 el olijfolie en wat extra voor het besprenkelen
2 blikken pruimtomaten van 400 gram
kleine klont boter
scheutje balsamico-azijn
bosje verse basilicum, blaadjes geplukt, steeltjes gehakt
200 gr Goudse kaas of cheddar, geraspt
3 flinke handenvol Parmezaanse kaas
6-8 lasagnevellen (verse of gedroogde die je even voorkookt)

Verwarm de oven voor op 200 graden.

Stoom de aubergines dertig minuten boven een pan kokend water (ik gebruik een wijde Creuset-pan met een stoommandje erboven), schep het vruchtvlees eruit en hak het grof. Geloof me: dit klinkt bewerkelijker dan het is! Je hebt het werkelijk zo gedaan.

Bak de aubergines, knoflook, tijm en rode peper tien minuten zachtjes in de olijfolie.

Voeg de tomaten toe, breek ze grof in stukken met een houten lepel en voeg dan de boter, balsamico, het grootste deel van de basilicumblaadjes en alle steeltjes toe. Breng aan de kook en laat tien minuten zachtjes koken tot de saus ingekookt en dik is.

Strijk een laag van de auberginesaus uit over de bodem van een grote ondiepe ovenschaal. Strooi er wat Goudse kaas en een handvol parmezaan over. Leg er een laag lasagnevellen over. Herhaal 1 of 2 keer tot de schaal vol is. Eindig met een laatste laagje Parmezaanse kaas, bestrooi met wat basilicumblaadjes en besprenkel met olijfolie.

Zet vijfentwintig tot dertig minuten in de oven tot de auberginelasagne bubbelt en goudbruin is.

donderdag 15 december 2011

Internetvriendinnen

Ik heb ze nooit ontmoet en ik prijs me gelukkig met het feit dat dit ook nooit zal gebeuren. Toch volg ik hun levens al meer dan een half jaar op de voet. Enkele keren per dag bekijk ik of er nog iets is voorgevallen waar ik het mijne van moet weten. Het is fijn dat ze zo openhartig zijn over alles wat er in hun leven voorvalt. Het zijn inmiddels mijn vriendinnen dus hoewel ze vaak wat zeuren, zou ik dat nooit hardop toegeven. Wolfje, PoppieP, Pregnantlady, vlinder15, mommytobe, boywonder, wilgraagmammieworden en inieminie. Poppie heeft net een hele zware tijd achter de rug. Ze werkt(e) bij een tuincentrum en haar baas had helemaal geen begrip voor haar bekkeninstabiliteit. Dat was natuurlijk omdat hij een kerel is en absoluut niet weet hoe zwaar het allemaal is. Dit werd door alle anderen vurig beaamd. Nou, zij zou hem weleens een “poepie laten ruiken” en kwam bij een bemiddelingsgesprek met haar echtgenoot op de proppen omdat het haar emotioneel allemaal te veel werd. Die echtgenoot heeft haar baas goed verteld waar het op stond. Ze heeft de kerstmarkt nog ingericht en daarna mocht ze van de Arbo-arts thuisblijven. Af en toe schrijft die lul van een leidinggevende zo’n brief met van die rare advocatentaal waar ze dan “helemaal van over de zeik raakt” en daar heeft ze het helemaal mee gehad. Mommytobe haat de leverancier van babydump die nog steeds niet tot levering van de babykamer is overgegaan. De lol is er nu gewoon af. Over de geboortedoos ontstond enige tijd geleden wat consternatie. Sommige aanvullende zorgverzekeringen dekken de geboortedoos volledig en andere dames moeten er, tot hun groot ongenoegen, zelf voor betalen. En dan die vervelende verloskundigen die met een meetlint aankomen om de hoogte van het bed op te meten. Of bierkisten onder het bed ook goed zijn of dat er per se klossen onder moeten. Hevig wordt er gediscussieerd over ziekenhuis of thuisbevalling, over of je nu wel of geen boterhamworst mag eten en over hoeveel gewichtstoename normaal is. Ondertussen wordt er een manier bedacht om meer coupons van de Kruidvat te verzamelen voor gratis luiers.

Eensgezind zijn ze collectief van de ene op de andere dag gestopt met poepen. Poppie, Matsiemats, viooltje en babyfaceke zijn allemaal geobstipeerd danwel geconstipeerd. En sinds kort gebruiken ze ook bergen met inlegkruisjes want ze scheiden heel wat af. Het vreemde is dat er ondanks gezonde voeding – ik eet maar vier boterhammen met sandwichspread per dag – toch sprake blijkt van zwangerschapsdiabetes. Diana1978 is blij met haar overgewicht (ze noemt het zelf obsetisas) want hierdoor krijgt ze veel meer echo’s dan de anderen. In week 27 gingen ze opeens allemaal aan de bellypaint. Dan wordt je buik door een professional beschilderd en daar wordt dan een fotoreportage van gemaakt. Voor vlotte pyjama’s moet je bij de Zeeman zijn en voor voordelige voedingbh’s bij de Wehkamp. Nu aanbeland in week 35 zijn ze allemaal moe, kunnen ze geen comfortabele slaaphouding vinden en moeten ze er vijf keer per nacht uit om te plassen. U begrijpt dat ik hun wel en wee met genoegen op de voet volg. Al kan ik het beter hun kwel en ween noemen. Maar nogmaals, geen onvertogen woord over mijn internetvriendinnen.

Mijn internetvriendinnnen schrijven allemaal op een internetforum dat speciaal is opgericht voor zwangere vrouwen, voor vrouwen die zwanger willen worden en voor vrouwen die graag foto’s van hun kinderen op internet zetten. Laat ik het forum voor het gemak Babylicious noemen om de anonimiteit van mijn meisjes te beschermen. Het forum werkt met een zwangerschapskalender. Vanaf conceptie tot geboorte kun je keuvelen met dames die op hetzelfde moment een kind verwachten. Als we internet toch niet hadden, waar hadden we dan met al onze ellende naartoe gemoeten?

Het staat me niet meer bij in welke week dit gebeurde maar het was een flinke rel. Het was ene Marjolein die zich opeens meldde. Mijn internetvriendinnnen moesten het even verwerken: een wildvreemde op hun forum. Al snel waren ze het er echter over eens. Marjolein zat in de verkeerde week. Ze was namelijk, zo bleek uit haar schrijven, nog niet zo lang zwanger als mijn vriendinnen. En mijn vriendinnen besloten eensgezind dat ze zo snel mogelijk moest oprotten. Terug naar je eigen week! De verwensingen waren niet van de lucht. Wat dacht ze ook wel niet? Een beetje in een verkeerde week gaan schrijven. Ik snapte het wel. Geen gesodemieter met zwangere vrouwen en verkeerde weken.

Voor deze week maak ik een soep waar ik nogal dol op ben. Het is soep au pistou. Een soep die natuurlijk duizenden variaties kent; dit is de mijne.

1 el olijfolie
1 grote ui, gesnipperd
2 tenen knoflook, fijngesneden
3 wortels, in blokjes gesneden
3 aardappelen, in blokjes gesneden
2 preien, in ringen gesneden
400 gr kidneybonen
400 gr witte bonen
1, 5 liter groentebouillon
1 blik gepelde tomaten
1 takje tijm
2 takjes peterselie
1 kleine courgette, in reepjes gesneden
75 gr kleine pasta (bijvoorbeeld aneletti)
2-3 el pesto
100 gr parmezaanse kaas

Bak de ui, knoflook, wortel, aardappel en prei in de olijfolie in een ruime soeppan in tien minuten. Roer af en toe om. Laat de bonen intussen uitlekken.
Schenk de bouillon bij de groenten, voeg de gepelde tomaten met het vocht toe. Voeg ook de tijm, peterselie en zout en peper toe en laat de soep op laag vuur ongeveer een uur zachtjes koken.
Verwarm de bonen de laatste vijftien minuten in de soep mee. Haal de takjes tijm en peterselie eruit, pureer de helft van de soep en doe dan terug in de pan. Voeg de kleine pasta en in reepjes gesneden courgette toe en laat nog ongeveer tien minuten koken. Roer de pesto door de soep. Serveer de soep met de parmezaanse kaas.

vrijdag 9 december 2011

Bananenrepubliek

Een tripje naar het postkantoor. Dat betekent vanzelfsprekend ‘s ochtends opstaan met Snap’s “I got the power”. Zonder Snap—die gezette neger met blockhead die ons begin jaren negentig voorzong dat het zwaar zou worden maar dat we de kracht hebben (Gettin' kinda heavy /I've got the power!!/ Oh-oh-oh-oh-oh-oh-oh-oh-oh yeah)—is een tocht naar het postkantoor bij voorbaat onbegonnen werk. Dat zou zoiets zijn als de Tour de France willen fietsen zonder epo. Voor mijn geestesoog verschijnt Rocky in zijn dikke grijze joggingpak en met zijn faal oranje zweetband terwijl hij, gevolgd door een stoet kinderen, de trappen van het Philadelphia Museum of Art op rent. Zijn gebalde vuisten in de lucht, boksende schijnbewegingen makend, triomferend. Andere keren gebruik ik het beeld van de film Rocky IV waarin Rocky’s vriend Apollo Creed in de ring wordt doodgeslagen door een killing machine uit Rusland, Ivan Drago. Rocky, overmand door verdriet, trekt zich in zijn eentje terug in de eenzame Siberische besneeuwde bergen om zich daar klaar te maken voor een bokswedstrijd tegen deze onmenselijke Drago. Elke dag, vóór de training, laadt Rocky zich op door naar een foto van Drago te kijken. Hij ploetert door de sneeuw en de ijzige beekjes, zaagt knoestige houtbalken door en trekt huifkarren door de meters sneeuw en ijzel. Hij groeit een baard, verwerkt zijn verdriet en bouwt zijn spierkracht, dit alles muzikaal terzijde gestaan door een geweldige synthesizer. Rocky, I tot en met V, kan de uitdaging aan en ik, Eva, één tot en met inmiddels alweer eenendertig, moet het ook kunnen. Ook ik got the power, tenslotte. Met Snap en Rocky als geestelijk leiders moet het me lukken om een trip naar het postkantoor te overleven.

Na het ontbijt, zodra ik mijn schouders heb losgemaakt, mijn yogamatje op mijn rug heb gebonden (voor na afloop!), mijn weesgegroetjes heb gedaan en Snap en Rocky voor de honderdste keer heb aangeroepen, ga ik op weg. Ik moet drie grote enveloppen naar Nederland versturen. En ik ben er klaar voor! Ik stap in de ring. Letterlijk, want sinds zes maanden moet elke bezoeker van het postkantoor het circuit van de rolstoel afleggen om bij de rij te komen. De trappen zijn namelijk “in the process of repair”. Dit bordje, met talloze andere waarschuwingsborden omgeven, hangt er–niet gelogen–al een half jaar. De rij blijkt lang en gaat langzaam. Mensen zitten op hun knieën de zware dozen die ze gaan versturen met tape dicht te plakken. Er wordt gesteund, gemopperd en gevloekt. Het is extreem warm binnen. Vanaf 1 oktober wordt in de Verenigde Staten de centrale verwarming in alle overheidsgebouwen standaard op loeien gezet, ongeacht de buitentemperatuur. Vaak is het in Connecticut in de maanden oktober en november nog zo’n twintig graden. De wachtenden dragen allemaal een jas en de zweetdruppels biggelen langs hun voorhoofden. Het moet binnen wel drieenveertig graden zijn. Je bent een zeer gelukkig wezen als je vantevoren weet dat je poststuk in een envelop kan. Bij drie grote enveloppen hoef je maar twee keer in de rij te staan en slechts twaalf keer je eigen adres en dat van de ontvanger op te schrijven. Dit bedoel ik serieus. Linksboven moet je je eigen adres invullen; in het midden dat van de ontvanger. Alles wat je verstuurt moet worden gecheckt en dan moet je een douaneformulier invullen waarop je de inhoud en opnieuw beide adressen moet schrijven. Je moet je als afzender bekend maken omdat je wel eens het domme idee zou kunnen hebben opgevat om antrax op te sturen in plaats van een gezellig paar kerstsokken. Ik wil U niet eens lastigvallen met de procedure die het opsturen van een pakketje vergt. Nogmaals, met een paar enveloppen ben je gezegend. Je bent binnen anderhalf uur klaar en je wordt tenminste niet uitgejouwd door het personeel. Het scheelt al met al een slok op een borrel. Iets waar we inmiddels allemaal aan toe zijn.

Je kunt het de dames van het postkantoor nauwelijks kwalijk nemen. Hoewel de dames ook bij normalere, niet-bokstemperaturen bepaald niet vriendelijk zijn. Of dit nu komt door hun lange plastic nagels die het verdraaid lastig maken om douaneformulieren af te scheuren en postzegels te plakken of omdat ze een hekel hebben aan internationale post, ik weet het niet. Hoewel ik een vermoeden heb. Laatst beet één van hen mij toe dat ik niet mocht zuchten omdat ik tenslotte “9/11 niet had meegemaakt”. Een tripje naar het postkantoor.

Een boksdieet is, heb ik begrepen, ingewikkeld. De spieren van een bokser moeten kracht en energie kunnen behouden en tegelijkertijd mag een bokser niet teveel aankomen omdat hij binnen zijn gewichtsklasse moet blijven. Ik weet niet wat Rocky eet. Vijfenvijftig procent van een boksers dieet bestaat in ieder geval uit natuurlijke koolhydraten. Voor vandaag presenteer ik een eenvoudige salade van kikkererwten met feta en koriander (afkomstig uit “De smaak van mijn herinnering" van Tessa Kiros).

Volgens Tessa zijn de volgende hoeveelheden voldoende als bijgerecht voor zes personen. Je kunt deze hoeveelheid ook gewoon aanhouden als je met zijn tweeën bent. Je kunt de salade makkelijk bewaren.

250 gr gedroogde kikkererwten (een nacht in koud water geweekt) of een blik kikkererwten van 400 gr
250 ml olijfolie
1 grote rode ui, fijngehakt
5 teentjes knoflook, zeer fijn gehakt
1 of 2 rode chilipepers, zonder zaad en fijngehakt
250 gr verkruimelde feta
4 lente-uitjes, alleen het groen, fijngehakt
25 gr gehakte koriander
30 gr gehakte peterselie
sap van 1 citroen

Gebruik je kikkererwten uit blik, spoel ze dan alleen af en doe ze in een kom. Spoel geweekte kikkererwten af, doe ze in een pan, voeg ruim water toe en breng ze aan de kook. Zet het vuur iets lager en kook ze 1-1,5 uur tot ze zacht zijn maar niet uit elkaar vallen. Verse kikkererwten hebben meestal velletjes. Zodra de kikkererwten zijn afgekoeld, giet je ze af en doe je ze in een grote kom. Haal er zoveel mogelijk losse velletjes uit.
Verhit 3 eetlepels van de olijfolie en fruit de rode ui tot die gaar en lichtgoudbruin is. Voeg de knoflook en de chilipeper toe en bak deze even mee, tot je de knoflook kunt ruiken. Laat de knoflook niet bruin worden. Laat de inhoud van de pan helemaal afkoelen.
Voeg de feta, de lente-ui, de koriander, de peterselie en het citroensap toe aan de kikkererwten en breng op smaak met zout en peper. Voeg de afgekoelde knoflookolie en de resterende olijfolie toe en meng alles goed door elkaar.

vrijdag 2 december 2011

Hulpkerstmannen

Voor de negenennegentigste keer ging “Operation Santa” vandaag van start. Het officiële begin van het evenement vond plaats in het beroemde postkantoor van New York op Eighth Avenue en 33rd Street. Naar die locatie worden elk jaar veruit de meeste brieven aan de “Kerstman op de Noordpool” gestuurd. Pete Fontana, het hoofd van Operatie Kerstelfjes (ik verzin dit niet) verwacht een recordaantal brieven dit jaar. De dag na Thanksgiving kwamen er al vijfduizend brieven aan op dit postkantoor alleen. Niks geen vrolijke berichten met snoezig aandoende spelfouten in hanenpoten maar stuk voor stuk zielige brieven van kinderen die in armoede leven. Twee miljoen exemplaren worden er verwacht. In de meeste van die brieven verzoeken deze kinderen, helaas veel te vroeg wijsgeworden, niet om de Disney Pixar’s Toy Story mania for Nintendo Wii of een Star Wars The Clone Wars Deluxe Republic Attack Shuttle Vehicle maar om nuttige apparatuur voor hun ouders, winterjassen en schoenen. Pas daarna komt de wens om een cadeau voor henzelf. Ik weet niet of het de hormonen zijn die Uw reporter opbreken maar ik vind het hartverscheurend. Ik vond het als kind altijd maar vreemd verdacht als de Sint, afwijkend van mijn verlanglijstje, opeens een paar sloffen in de cadeauzak bleek te hebben gestopt. Gelukkig ging de Goedheiligman nooit zover dat hij ook ondergoed en sokken gaf. Het zal je maar gebeuren.

Operation Santa zoekt hulpkerstmannen om alle wensen van deze kleine brievenschrijvers te vervullen want “elk kind verdient een lach op zijn gezicht”. Amerika zou Amerika natuurlijk niet zijn als hier niet massaal gehoor aan zou worden gegeven. Doe je mee aan het project dan verplicht je jezelf de cadeaus uit de brief te kopen en deze vóór 23 december voldoende gefrankeerd op te sturen. Een Amerikaanse logé merkte vanochtend aan de ontbijttafel op dat Nederlanders die gemeenschapszin toch maar moeten missen “omdat onze verzorgingsstaat de behoefte aan dit soort grootschalige liefdadigheid ondervangt”. Ik kon hem gelukkig snel geruststellen. Met het tempo waarin het Nederlandse sociale stelsel wordt afgebroken kunnen ook wij binnen de kortste keren gezellig met zijn allen twee miljoen hulpbehoeftige zielen van een winterjas voorzien. Hebben wij het al jaren bovendien niet reuzegezellig bij het inpakken van de kerstpakketten voor de voedselbank? We lachen wat af boven de blikken knakworst en fabriekswit. Herinnert U zich nog hoe we ons helemaal bescheurd hebben toen Linda de Mol een paar jaar geleden ook besloot aan een Goed Doel te doen en alle pakketten van de Voedselbank had voorzien van sexy lingerie? Een kanten slipje in maat Medium. De ontvangers waren verbolgen omdat ze er niet inpasten: “het slipje is in maatje M, daar past mijn dochter amper in”. Tranen met tuiten hebben we gelachen. De dames hadden liever een stuk vlees ontvangen. Gelijk hebben ze, liever een stuk vlees in de mond, dan een kont in een te kleine slip die lijkt op een rollade.

Het belooft weer een vrolijke kerst te worden.

Gelukkig eerst nog even Sinterklaasavond. Voor deze week een succesrecept van mijn moeder uit de midden jaren tachtig. Zij had al vrij snel begrepen dat zelfs ik op Sinterklaasavond te gespannen was om te eten. Tenminste, om een langdurige maaltijd uit te zitten alvorens aan de stapel met cadeautjes te mogen beginnen. Ze maakte traditiegetrouw elke Sinterklaas deze soep. Hij is ook op andere avonden lekker maar voor mij hoort hij bij 5 december.

750 gram uien, gesnipperd
1 teentje knoflook, uitgeperst
1 prei, het wit in dunne ringetjes gesneden, het groen gesnipperd.
klontje boter
1 liter groente- of runderbouillon
1/8 liter crème fraîche
1 blik witte bonen in tomatensaus (ik zei U al: een soep uit de jaren tachtig!)
eventueel: een stuk salami van 200 gram in blokjes gesneden
eventueel: stokbrood en wat geraspte kaas

Fruit in een grote soeppan de uien, de knoflook en het groen van de prei in een klont boter. Roer de bouillon en de crème fraîche erbij. Breng aan de kook en laat veertig minuten pruttelen. Wrijf de soep dan door een zeef.
Roer de witte bonen met tomatensaus door de gepureerde soep. Doe nu de blokjes salami door de soep. Mocht U de soep vegetarisch willen houden, dan laat U dit uiteraard achterwege.
Verwarm de soep nog tien minuten door. Roer dan het in dunne ringetjes gesneden wit van de prei door de soep. Breng op smaak met wat zout en peper.
Eventueel, kunt U de soep nu in vuurvaste kommen schenken, elke kom voorzien van een sneetje stokbrood en wat kaas en dit alles onder de ovengrill laten kleuren.