donderdag 29 september 2011

Iced coffee pumpkin


Het is alweer bijna Halloween. Tenminste op 31 oktober is het zover. Maar de pepernoten (lees: pompoenen) liggen alweer in de winkel. Het is een feest dat ik, net zomin als carnaval begrijp, en je zult er wel mee opgevoed moeten zijn om het kunnen waarderen. Kleine gekostumeerde kabouters die aan de deur om snoep komen bedelen zijn natuurlijk snoezig maar in een stad als New Haven eerder regel dan uitzondering. Ik weet niet waarom ik zo afdwaal want waar ik het eigenlijk echt eens over wil hebben, zijn al die dingen waarvan je als Europeaan niet weet dat het Amerikaanse gewoonten zijn. Sommige zijn prettig en andere tenenkrommend. Zo wist ik van tevoren niet hoe complimenteus Amerikanen zijn. Ik wist dat ze enthousiast konden reageren (op het voor een Nederlander griezelige af). Ik wist niet dat mensen je zouden toeroepen vanaf de andere kant van de straat (en straten zijn hier ongeveer zo breed als de Kalverstraat lang is) dat ze vinden dat je er “cute” uitziet, noch heb ik me ooit kunnen indenken dat oude dames in supermarkten mijn hand zouden pakken om mijn ring te bejubelen. Al twee keer is er een auto voor mijn neus gestopt om me te vertellen dat ik een mooie broek aanheb. Het ging in beide gevallen om dezelfde broek dus dat zal wel waar wezen. 

Maar nu tot de kern van het verschil: Het Amerikaanse Koffiegebruik. Sta me toe om daar eens even lekker mijn hart over te  luchten. Het is als je het mij vraagt, èn je vraagt het me, walgelijk. Amerikanen drinken de hele dag koffie, ook wanneer het allang tijd is voor een goed glas wijn, port of (zelfs: ja, rond dat uur nog, geachte lezer) cognac. Daar is koffie niet voor bedoeld. Wat ik nog erger vind dan de overmaat van gebruik is de manier waarop de drank genuttigd wordt. Namelijk uit plastic of uit kartonnen bekers, meestal met een onhandig dekseltje erop. Dat dekseltje is op zijn beurt voorzien van een opening waardoor men de drank kan drinken. Negen van de tien keer valt dat deksel eraf terwijl je een slok neemt en de resterende keer brand je je bek.  Maar het gaat me hier niet eens om de praktische bezwaren (u kent mij bovendien niet als een al te praktisch mens). Ik vind het een proletarisch vliegtuiggebruik. De afschaf ervan staat wat mij betreft na vrouwenbesnijdenis en kinderarbeid op plaats drie van De Internationale Lijst Van Af Te Schaffen Gewoontes. Goede koffie drink je uit een mooi kopje. Of een lelijk kopje maar in ieder geval uit iets van aardewerk. En je gaat zitten om koffie te drinken. Al die “ik ben te druk en te belangrijk dus moet ik met een Starbucks beker met een onmogelijke koffiegleuf waardoor de helft van de koffie mijn decolleté in loopt de straat op”-mensen moeten maar eens leren normaal te doen. (Net zoals ik vind dat iedereen die met zijn hippe laptopje in de koffiebar zit te “werken” maar eens echt aan de slag moet gaan.) Dwaal ik weer af. Aan de andere kant kun je het mensen ook niet kwalijk nemen dat ze hun koffie in arren moede maar meenemen: Starbucks verkoopt een emmer koffie groter dan de inhoud van de gemiddelde maag. Hoe verstouwt men 916 ml koffie met een maag van een inhoud van 900 ml? Je kunt niet eeuwig blijven zitten. Hoe vindt men bovendien een mooi porseleinen kopje voor zoveel koffie? In hoofdlijnen komt het neer op een betoog tegen het tijdstip, de hoeveelheid en het soort koffie dat de Amerikaan drinkt. Iedereen die ooit in New York is geweest heeft zich vast wel eens verbaasd over de souplesse waarmee een Amerikaan een triple iced skim milked caramel mocha frappucino bestelt. Ik doe mezelf nog elke keer versteld staan als ik met ditzelfde gemak uit mijn eigen mond de woorden small decaf cappuccino with soymilk hoor rollen.

Ik weet heus dat ik me met mijn bestelling op het randje van het toelaatbare begeef maar Amerikanen gaan ver over alle koffiegrenzen heen. Het fenomeen “iced coffee” moet wel het summum van walgelijk zijn. Het gaat hier om een plastic emmer — en emmers zijn hier groot, kan ik u verzekeren — gevuld met koude koffie, aangevuld met ijsklontjes (Amerikaanse hoeveelheden ijsklontjes—er verdwijnen hele poolkappen in die emmers) en eventueel melk (soy, almond, rice, skimmed of gewone melk, of iets er tussen in, of van één of ander abnormaal dier) en een soort artificiële vorm van suiker (aspartaam, Nutrasweet, Sweet N Low of Splenda) waarvan je ongetwijfeld bij langdurig gebruik een enge ziekte krijgt (of hele grote voeten; zie één van mijn volgende blogs). Geurkaarsen hebben vast en zeker datzelfde effect. Een kaars mag een kamer geen vanillegeur geven. Dat is vies en kan niet goed zijn. Een zo overweldigende opeenstapeling van verwonderingen en ergernissen doen mij eens te meer afdwalen. Ik wilde dus nog maar één ding zeggen: als iced coffee al zoiets weerzinwekkends is, hoe kan ik me dan in vredesnaam verzoenen met de nieuwste “trend” van iced coffee pumpkin? IJskoffie met pompoensmaak?

Een veel beter recept met pompoen is Donna Hay’s risotto met pompoen en feta.  Ik heb haar kooktijden iets aangepast. Dit recept komt uit haar kookboek "New Food Fast" maar ze wilde hier wel heel snel door de bocht. De pompoen is niet in twintig minuten gaar! 

Voor vier personen:

500 gr pompoen (butternut squash, jap) geschild en in blokjes gesneden
olijfolie
zeezout en peper
1 liter kippen- of groentenbouillon
440 gr arborio (risotto) rijst
30 gr bieslook
30 gr geschaafde parmezaanse kaas
150 gr fetakaas

Verwarm de oven voor op 220 graden. Leg de blokken pompoen in een ovenschotel en vermeng met olie, zout en peper. Bak een half uur in de oven tot de pompoen zacht is. 
Ondertussen maak je de risotto. Dit is niets nieuws onder de zon. Maak in een aparte pan de bouillon, verwarm op middelhoog vuur en laat zachtjes pruttelen. In een andere pan (grote braadpan met deksel) verwarm je ondertussen wat olie. Voeg de rijst toe en roer een minuutje door totdat je de rijst enigszins doorzichtig ziet worden (in deze risotto zit dus geen ui!). Voeg wat bouillon toe, kleine beetjes tegelijkertijd. Voeg nieuwe bouillon toe wanneer de vorige lading door de rijst is opgenomen. Ga hiermee door totdat de rijst romig is en klaar. Voeg als de risotto klaar is, de parmezaan en pompoen toe. Een extra stuk boter kan nooit kwaad.. Draai er wat zwarte peper over. Verdeel de risotto over de borden en voorzie ze van een ruime hoeveelheid feta. Bestrooi de boel met flinke takjes bieslook. 

donderdag 22 september 2011

Verkiezingsbord


Opeens stond dat bord er. Niet echt in onze tuin maar wel direct voor ons huis. Naast de boom, in het perkje met de vieze zakdoekjes, sigarettenpeuken en bananenschillen die zich daar neigen te verzamelen. Wie zou dat bord daar hebben neergezet en wanneer was dit gebeurd? Op het bord stond: “re-elect DeStefano for mayor” (vrije vertaling: stem op DeStefano zodat hij opnieuw burgemeester van New Haven kan worden). Ik denk niet dat ik hoef uit te leggen dat ik me een hoedje schrok van dat bord. Ik ken die hele DeStefano niet. Straks blijkt hij lid van de Ku Klux Klan, is het één of andere perverseling of nog erger, draagt hij witte sportsokken onder zijn donkerbruine pak. Ik heb geen idee met wat voor meneer wij ons nu, zonder dat we er erg in hadden, hebben ingelaten. Of met wat voor mevrouw. Het zal toch niet zo zijn dat DeStefano een vrouw is? Daar moet ik al helemaal niets van hebben. Straks denken mijn buren nog dat ik een feministe ben. Wellicht is die DeStefano wel een godsdienstwaanzinnige en gaat ie elke zondag naar de kerk. Dan denken de mensen nog dat Echtgenoot en ik ook zo naïef zijn. Ik wil niet bijdehand doen maar volgens mij gaat het helemaal niet zo goed met New Haven. Als we dat die DeStefano niet kunnen verwijten dan kunnen we hem in ieder geval niet complimenteren over behaalde gunstige resultaten. New Haven staat in de top vijf van gevaarlijkste steden van de Verenigde Staten, de kloof tussen arm en rijk is nog nooit zo groot geweest en nog afgezien daarvan, het is hier behoorlijk lelijk. En nu zou het dus heel goed zo kunnen zijn dat mijn buren denken dat Echtgenoot en ik reuze tevreden zijn met deze DeStefano en zijn New Haven. Nu ik zo openlijk mijn steun aan hem heb betuigd, kom ik over als een kapitalist. Ik ben blijkbaar tevreden over die welstandskloof, vind New Haven prachtig en wil het hier zo gevaarlijk mogelijk houden. Het liefst nog een hele nieuwe termijn.

Zouden er al tegenkandidaten van DeStefano zijn langsgelopen? Grienend en al omdat een keuze voor DeStefano een afwijzing betekent van hun nieuwe wind? Het is me wel opgevallen dat er nog meer afval dan gewoonlijk in onze voortuin ligt. Dit is wellicht het begin van een haatcampagne tegen mij en Echtgenoot. Of onze auto veilig achter het huis staat, is zeer de vraag. Vaker dan ooit lijkt onze auto doelwit van vallende eikels en duivenstront. Is die DeStefano misschien niet zo van het milieu?

Het was wel duidelijk dat dit bord zo snel mogelijk moest worden verwijderd. Het was misschien zelfs al te laat. Eventuele represailles konden worden verwacht. Hoe haal je echter op klaarlichte dag zo’n bord weg? Het zou namelijk ook zo kunnen zijn dat al mijn buren Ku Klux Klan aanhangers zijn die graag op witte sportsokken rondlopen en in de kerk hun feministisch gedachtegoed ventileren. Vergelding is bij verwijdering van het bord dus ook niet uitgesloten. Wat een verschrikkelijk dilemma. Een “dat heb ik weer” kon ik niet onderdrukken. 

Echt een klusje voor Echtgenoot, die de ernst van de situatie in eerste instantie niet eens goed inschatte. Bij een nadere uitleg over alle gevaren, bleek hij echter overtuigd van de noodzaak het bord te laten verwijderen. Tijdens een lunchberaad kwamen we tot de volgende oplossing. Echtgenoot zou op de late dinsdagavond de afvalbakken op de rand van de stoep zetten. Hij zou de afvalbak daarbij zo dicht mogelijk bij het verkiezingsbord plaatsen, links en rechts de buurt afscannen en het bord dan, met de finesse van een zakkenroller, in de afvalbak laten verdwijnen. Bij het ochtendkrieken zou het zijn alsof er nooit een bord had gestaan.

Coq au vin

Hoewel ik kip vaak het meest overschatte stukje vlees vind, heb ik echt genoten van deze coq au vin. De kip wordt ongelooflijk mals! De voorbereiding begint de avond van tevoren.

Voor vier personen

4 stukken kip. Ik gebruikte biologische kipfilets omdat ik het niet fijn vind te moeten kluiven en ontleden wanneer het vlees is een saus gegaard wordt.
Een halve fles Côtes du Rhône
3 plakken bacon, in stukken gesneden
200 gr champignons (schoongemaakt)
6 kleine witte uitjes (gebruik sjalotjes als je deze niet kunt krijgen)
2 tenen knoflook (geplet)
2 wortelen (schoongeschrapt en in kwarten gesneden)
zonnebloemolie en ongezouten boter
2 takjes verse tijm
1 laurierblad
een bosje peterselie
zout en peper

Bereiding een dag van tevoren:

Doe de stukken kip in een grote schaal en schenk er de wijn overheen. Voeg de gepelde uitjes, de wortelen, de tijm en het laurierblad toe. Dek de schaal af en zet in de koelkast.

De volgende dag:
Giet de wijn af maar vang op voor later gebruik. De kruiden kun je weggooien. De groenten en de kip houd je apart.
Verhit wat olie en boter in een grote braadpan en braad de stukken kip aan beide kanten bruin. Doe dit desnoods in etappes. Haal de kip uit de pan, voeg de knoflook bij de groenten en fruit de groenten enkele minuten aan.
Nu breng je de kip en de groenten over naar een grote stoofpan, giet je er de wijn over en breng je dit alles op een gemiddeld vuur aan de kook. Dek de pan af en laat anderhalf uur stoven.
Bak in een braadpan de bacon en champignons tot ze bruin zijn (tien minuten)
Wanneer de kip klaar is, voeg je de bacon en champignons toe. Roer goed en verwarm nog een paar minuten door. Kijk of er nog wat zout en peper bij moet. Serveer met wat peterselie.
Wij aten er aardappelgratin, sperziebonen met geroosterde amandelschaafsel en een groene salade bij. Wat tagliatelle met boter zou ook niet misstaan. 

donderdag 15 september 2011

Mr. Clean


Volgens de gebruiksaanwijzing zou het allemaal heel gemakkelijk moeten gaan. Je schuift de oude spons van de houder en je schuift de nieuwe er zó weer in. In eerste instantie leek het zo’n eenvoudig klusje dat ik dacht überhaupt geen handleiding nodig te hebben. Een kind kan de was doen. Wie heeft die verdomde uitdrukking ooit bedacht? Einstein was er nog niet eens in geslaagd om die spons in dat rotapparaat te schuiven. Een half uur nadat ik met de klus begonnen was, had die spons alle hoeken van de kamer gezien, was een deel van de spons al afgescheurd (hij is dus niet eens stevig!) en waren mijn handen en hoofd vuurrood van frustratie, respectievelijk bruut geweld. Poes Elisabeth keek van een afstandje peinsend toe. Ook dat ergerde me. Dat onding noemen ze dus een “Mr Clean Magic eraser mop”. Wat stom van mij om te denken dat die “magie” te maken had met het schoonmaken van de vloer! Het sloeg natuurlijk op het vervangen van de spons: je moet een ware tovenaar zijn om dit klusje te klaren. Anders kun je als dweiler met je pies naar de dokter. Dan zul je op handen en knietjes door het huis moeten met je goeie gedrag (en met je Mr. Clean Magic Eraser Mop tussen je tanden).

Op de verpakking stond die door god verdomde mr. Clean met zijn strakke witte t-shirt en zijn spierbundels tevreden over elkaar geslagen. Zijn stomme grijns en borstelige witte wenkbrauwen had ik met alle liefde van zijn hoofd geslagen. Het ringetje in zijn linkeroorlel zou ik er zonder gebruiksaanwijzing met kracht uit willen trekken. Mr. Clean zal bloeden voor zijn “roller mops fits most” product. De klootzak.

En het ligt niet aan mij! Mijn eigen mr. Clean, godzijdank zonder alle bovengenoemde attributen, kreeg die spons ook met geen mogelijkheid om het apparaat. De lieve schat, nog hoopvol op succes omdat hij niet aanwezig was geweest bij mijn talloze gefaalde pogingen, begon met optimisme aan “het klusje”. Nog nooit heb ik iemand zo snel zien omslaan van hoop in wanhoop. Op zichzelf een fascinerend fenomeen. Ondanks hamer, schroevendraaier, scheldkanonade en geweld; de spons ging er niet in. Mr. Clean staat bij de vuilnis. Het zou me niets verbazen als ze hem niet eens mee willen nemen. 

Toeval bestaat niet, tenminste nu niet meer. Een paar dagen na het tergende dweilincident lopen Echtgenoot en ik door South Norwalk en daar zien we het. We knipperen eerst wat met onze ogen. Van ongeloof beginnen we wat schaapachtig te grinniken. Opeens, zien we, daar in de winkeletalage, een Nederlandse dweil liggen. Gewoon, zo eentje die je echt gemakkelijk gewoon aan een mop bindt. Zo één die de propere vrouwen in het zeventiende-eeuwse Holland al gebruikten en die tot op de dag van vandaag de vloeren van Nederlandse woningen glanzend houdt. Zo’n dweil die je in een kookwas stopt en die het na dertig jaar nog steeds doet. Zo’n dweil. Op de dweil lag een onvolprezen aardappelmesje. Een dorstige in een woestijn had niet blijer kunnen zijn met een oase dan ik met deze vondst was. De redders in nood heten Jan en Truusje Schenkels met hun zoon Justin. Zij runnen midden in Connecticut een Hollandse winkel “Kaas & Company, A Taste of Holland”, compleet met Nasi Goreng Mix, Brinta en smeerkaas. Ook zo fantastisch: voor  $3.75  kun je er van die gele vaatdoekjes kopen. Nederlanders in Nederland zullen hier wellicht de vreugde niet van kunnen inzien: geloof me, dweilen en vaatdoekjes zouden Nederlands bekendste exportproducten kunnen zijn. Nederland moet mr. Clean en zijn makkers laten zien hoe het moet. Nooit meer zal ik zonder De Ruyter hagelslag puur komen te zitten, stamppot wordt voortaan weer met rookworst gegeten en nooit, nooit meer komt mr. Clean bij ons langs. 








Als ode aan Jan en Truusje komt deze blog met een typisch Hollands gerecht, blote billetjes in het gras.

voor vier personen

400 gr kruimige aardappels, geschild, gewassen en in blokjes gesneden
300 gr snijbonen. Mocht je ze kunnen vinden dan zou ik snijbonen in het zout gebruiken. Zo hoort het.
25 gr boter
1 potje witte bonen (350 gram)
25 ml melk
peper en zout

Kook de aardappelen en de snijbonen in ongeveer 15 minuten gaar in een pan met een beetje water. Spoel ondertussen de witte bonen af en laat ze goed uitlekken. Giet de aardappels en de snijbonen af, roer de (opgewarmde) melk, boter en witte bonen erdoor en stamp het geheel tot een puree. Geef de puree smaak met zout en peper. Eet er een rookworst of gebakken braadworstjes bij. Bak je er braadworstjes bij dan is het lekker om het bakvet aan de puree toe te voegen. Je kunt ook de aardappelen met melk en boter tot puree stampen en de witte bonen en snijbonen onaangetast laten. Dit is een kwestie van persoonlijke voorkeur. 

zaterdag 10 september 2011

De mooiste musea 2

Onderstaand volgt deel 2 van mijn lijst met mooiste musea.

6. The Frick Collection
1 East 70th Street, New York

Een prachtige collectie, aangelegd door Henry Clay Frick, maar na zijn dood in 1919 verder uitgebreid. Het laatste werk dat de heer Frick zelf kocht was een Vermeer (het schilderij met de dienster en haar werkgeefster). Hier vind je veel zeventiende-eeuwse Nederlandse schilderkunst (o.a. drie Vermeers, Rembrandt, Hals), Italiaanse Renaissance(o.a. Titiaan, Bellini), Italiaanse bronzen, Chinees porselein, achttiende-eeuws Frans meubilair en Engelse achttiende-eeuwse portretten. Wanneer je jezelf hebt uitgelaten in Central Park steek je zo naar het museum door om jezelf daar op te laden met mooie dingen.

 7. Museo Stefano Bardini
Via dei Renai 37, Florence

Dit museum verdient aandacht vanwege de collectie wapens en harnassen. Ik ben toch zeker niet de enige die gefascineerd is door het idee dat daar echt ridders te paard in hebben gezeten? Het bloed dat door het harnas naar buiten moet hebben gestroomd. De kracht van de drager en de angst binnenin het harnas. De wapens zo scherp. Elk fatsoenlijk museum hoort eigenlijk een verzameling “Arms and Armours” te hebben. Verder is het beeldhouwkunst dat de klok slaat. De muren waartegen de verzamelde sculpturen zijn opgehangen/ neergezet zijn van een prachtig lavendelblauw.

8. Pinacoteca Ambrosiana
Piazza Pio XI 2, Milaan

Ook in dit museum zijn prachtige schilderijen van Bergognone (zie nmr. 5 in De mooiste musea 1). En, ze hebben fantastische memoralia van echt haar van Lucretia Borgia en Vincenzo Borromeo. In een kast verderop liggen de handschoenen die Napoleon droeg tijdens de slag om Waterloo. Uiteraard zeer de moeite waard is het carton van Raphaël voor zijn School van Athene.

9. Palazzo Piccolomini
Piazza Pio II, Pienza

Dit paleis was een zomerretraite van Paus Pius II, Enea Silvio Piccolomini. Hij schreef  er een in de vijftiende eeuw wildpopulaire erotische brievenroman en is dus een visionair gebleken. De Piccolomini-familie heeft nog tot 1962 in het paleis gewoond. Dat maakt het zo bijzonder. Op de piano staan familiefoto’s van de meest recente Piccolomini’s. Echtgenoot en ik bespeurden onverholen Mussolini-sympathieën. Gezellige familiekiekjes met SS uniformpjes, het haar allemaal mooi in een zijscheiding gekamd. De gids, zonder kom je niet binnen, zei hier overigens niets over.

10. Huis Doorn
Langbroekerweg 10, Doorn

De Duitse ex-keizer Wilhelm II vluchtte na de Eerste Wereldoorlog naar het neutrale Nederland en woonde hier tot zijn dood. De oorspronkelijke inrichting is nog helemaal intact. De meubels, de schilderijen en het zilver komen uit keizerlijke paleizen in Berlijn en Potsdam. Het museum fascineert door het idee van zo'n verweesde keizer op een landgoed op de Utrechtse heuvelrug, die probeerde om naar zijn stand te blijven leven terwijl niemand meer naar hem omkeek. In die hoedanigheid zou ik de Oranjes ook veel beter te pruimen vinden. 

Ook deze blog sluit ik af met een recept van Nigel Slater uit “Tender”. Zijn gebakken tomaten en geitenkaas zijn lekker bij een ratatouille met couscous of de volgende dag koud te eten met brood en goede salami. Ik vind het lekker om de zachtgeworden tomaat en geitenkaas over goed boerenbrood uit te smeren. 

Gebakken tomaten met kaas en tijm

Voor 2 personen

4 grote rijpe tomaten
olijfolie
4 of 5 takjes tijm
2 kleine geitenkaasjes

Verwarm de oven voor op 180 graden celsius. Snijd een plak van de bovenkant van elke tomaat. Haal met een theelepel zoveel van het vruchtvlees en zaad weg tot er een half geitenkaasje in de tomaten past. Doe dat nu nog niet!
Stop de tomaatjes gezellig dicht tegen elkaar aan in een ovenschotel. Peper en zout de binnenkant van de tomaten en druppel wat olijfolie in elk. Trek de blaadjes van de tijm en voorzie elke tomaat van een paar van die blaadjes. Bak de tomaten ongeveer vijfentwintig minuten of tenminste tot ze zacht en lichtgekleurd zijn. Snijd de kaasjes doormidden en vul de tomaten met de kaas. Lepel een beetje van de olie over elke tomaat en geef ze dan nog tien minuten in de oven totdat de kaas gesmolten is. 

donderdag 8 september 2011

De mooiste musea 1


Ik heb een te doen-, te lezen- (kennelijk vind ik lezen iets anders dan doen) en te regelenlijstje. Op mijn te regelenlijstje staan meestal enge dingen die te maken hebben met mijn administratie. Vaak behelzen dit zaken als: “kopie paspoort maken in verband met beëindiging telefoonabonnement”, “bezwaar aantekenen boete” of “rijlessen regelen, NU EINDELIJK rijbewijs”. De goede verstaander heeft waarschijnlijk allang door dat dit lijstje nooit slinkt. Ik haat dit lijstje maar het maken ervan ontslaat mij niet zelden van de verplichting het lijstje ook daadwerkelijk “af te werken”. Althans, in gedachten is het lijstje máken al heel wat en moeten die instanties maar eens ophouden met aan mijn kop te zeuren. Er is immers al de lijst waarop hun naam nauwkeurig staat genoteerd. Dat mogen ze best controleren. Ook heb ik al van jongs af aan de neiging om de dingen te categoriseren. Zo is rozenbotteljam lekkerder dan abrikozenjam maar aardbeien/ frambozenjam heeft de voorkeur. Daar gaat nooit iets aan veranderen, want dan moet ik mijn lijst aanpassen. In de categorie jonge diertjes spannen de mierenetertjes de kroon maar is een babyolifant ook moeilijk te versmaden. Negerzoenen zijn smakelijker dan een café noir maar halen het niet bij een gevulde koek. De beste huilscène ooit werd gespeeld door Al Pacino in The Godfather 3 en het lekkerste notenrozijnenbrood ter wereld koop je bij Paul Annee in Amsterdam. Zo!

Categoriseren is belangrijk. Je leert iemand goed kennen aan de hand van zijn voorkeuren. Ik heb daarom ook nooit goed begrepen waarom mensen zo tegen het gebruik van stereotypen zijn. Ik vind het heel helder om de wereld te kunnen verdelen in VPRO- en Varagids-mensen, Volkskrant- en Telegraafgespuis, paardrijtrut met CDA-sjaal-typen en Duitse leernicht met snor-mensen. Met vooroordelen is ook niet per se iets mis. Of wil je soms beweren dat Afrikanen niet sneller kunnen rennen? Duitse vrouwen helemaal niet allemaal sletten zijn en Grieken niet allemaal lui?

De afgelopen maanden heb ik nagedacht over de mooiste musea. Ik ben zo vriendelijk geweest om ze hieronder op een rijtje te zetten. Dit is mijn bijdrage aan een beter georganiseerde wereld. Kleine musea, opgericht door verzamelaars, zijn mijn favoriet. Hier is deel één van de lijst:

1. Museo del Specola
Via Romana 17, Florence

Het natuurhistorisch museum van Florence. Het museum bezit een adembenemende collectie opgezette dieren. Van vlinders tot torren en van uilen tot nijlpaarden. Ook zijn er prachtige schelpen, fossielen, stenen en koralen. Je voelt je Alice in Wonderland wanneer je door dit museum struint. Alles is opgesteld in begerenswaardig mooie kasten. Wat het museum verder bijzonder maakt is de gigantische collectie anatomiepoppen. Levensgrote poppen, met haar én schaamhaar, contrapposto poserend, de hand begeerlijk onder het hoofd, terwijl hun ledematen blootgegeven worden. Mooie dwarsdoorsneden van gevulde baarmoeders, siamese tweelingen en anatomische studies van spieren, pezen en botten. Oh, hoe mooi en romantisch de wetenschap ooit begon. Dit museum maakt al mijn Wunderkammer-dromen waar. 

2. Isabella Stewart Gardner Museum
280 The Fenway, Boston

Isabella Stewart Gardner, een goede vriendin van John Singer Sargent en Henry James, liet zich bij het verzamelen van kunst bijstaan door de vermaarde Bernard Berenson. Haar collectie kunstwerken is prachtig maar de manier waarop ze de werken tentoon heeft gesteld maakt het museum echt bijzonder. Het is de combinatie van een elegant bureautje met een schildersezel erop waarover schijnbaar achteloos het mooiste textiel is gedrapeerd en een schilderij is gezet. Het museum is gevuld met mooie hebbedingen: wellustige wandtapijten, tekeningen (een hele mooie Michelangelo), zeldzame boeken, keramiek en reliekhouders. Isabella reisde de wereld rond en ze kocht. Zoals zij haar leven en haar huis vormgaf, zo ziet het er nu nog steeds uit. Als je Isabella heet, mag je levenlang gratis het museum in en krijg je 10% korting op de spullen in de museumwinkel!

3. Museo Poldi Pezzoli
Via Manzoni 12, Milaan

Weer een verzamelaar. Ik denk dat huizen/musea van verzamelaars zo mooi zijn omdat ik me zo levendig in de verzamelaar kan verplaatsen. Ik zou zelf een hele goede verzamelaar zijn. Als iemand mij wil sponsoren dan houd ik me van harte aanbevolen. De entree is hier net zo fijn als in het Isabella Stewart Gardner museum. Daar stap je een wintertuin binnen en hier tref je onder aan de trap een fontein aan met grote goudvissen. Palmen geplaatst in Delfts blauwe vazen met gietijzeren draken eraan. Chinese vazen, achttiende-eeuwse kroonluchters, bustes met moren, glaswerk en het mooiste porselein. Er is ook nog een zaal met klokwerken en horloges. Ik wil trouwens wel dat zestiende-eeuwse horloge met de engelen die de wijzers vormen. Hier vind je trouwens ook een waanzinnige Botticelli en Cosmé Tura.

Als je in één museum goed kunt zitten dan is het hier wel. Het meubilair is perfect afgestemd op de sfeer van alle individuele zalen. Daar kunnen de meeste grote musea nog iets van leren. In de zaal met de mooie Mantegna staan banken als blokkendozen qua kleurstelling perfect passend bij de schilderijen. In een andere zaal zag ik een houten designbankje dat prachtig stond in dat interieur.

4. Galleria Borghese
Piazzale del Museo Borghese 5, Rome

Alleen al vanwege de gebeeldhouwde David van Bernini en het geschilderde exemplaar van Caravaggio de moeite van een bezoek waard. En dan hebben we het nog niet eens gehad over al die andere prachtige schilderijen en beeldhouwwerken. Nog wat persoonlijke favorieten: dat spannende beeld door Canova van Pauline Bonaparte, Bernini’s Apollo en Daphne en Rubens’ Kruisafneming.

5. Pinacoteca di Brera
Via Brera 28, Milaan

Hier mag je op Savonarolastoelen zitten wanneer je even moet uitrusten. Wat een mooie collectie: Foppa, Bergognone, Da Fossano en niet te vergeten Crivelli, Mantegna en Bellini. Wij, kunsthistorici zijn door die verdomde Vasari te veel gefixeerd geweest op dat saaie Florentijnse gedoe. Noord-Italiaanse Renaissance doet een hart echt nog veel harder kloppen. Met deze prikkelende woorden sluit ik mijn lijstje voorlopig af.

Voor vandaag een recept van Nigel Slater. Hij is momenteel mijn favoriete kok. Alle groenten die hij bereidt komen uit zijn eigen Londense tuin. Voor kook- en tuininspiratie is zijn boek “Tender” een aanrader. Onderstaand vind je zijn zalig romige slasoep:

Voor zes personen

een grote, ronde krop sla (400 gram)
een dikke plak boter
2 sjalotjes
500 gram doperwtjes (ik gebruikte diepvrieserwtjes)
een liter kippen- of groentenbouillon
3 takken verse munt

Haal de krop sla uit elkaar en was de blaadjes zorgvuldig. Nigel waarschuwt dat zelfs de minste hoeveelheid zand de soep zal ruineren. Smelt de boter in een diepe soeppan op laag tot medium vuur. Pel de sjalotjes, snijd ze dun en laat ze zacht worden in de boter. De sjalotjes moeten zacht worden maar niet kleuren. Hak de blaadjes sla wat en voeg toe aan de boter. Wanneer dat een beetje is geslonken, voeg je de erwtjes, de bouillon en de munt toe en breng je alles aan de kook. Zet het vuur lager, kruid de soep met zout en peper en laat pruttelen voor zeven tot tien minuten. Haal de pan van het vuur en pureer de soep. Serveer warm.  

Zaterdag volgt deel 2 van de lijst met mooiste musea. 

donderdag 1 september 2011

Orkaan met gehaktballen


In de supermarkten was geen kaars of fles water meer te vinden. De boodschappenkarren puilden uit met smac en blikken spaghetti in tomatensaus. Orkaan Irene ging zondag een bezoekje aan de Oostkust brengen en kwam ook graag even in New Haven en contreien langs. Op de radio klonken The Scorpions met “Rock you like a Hurricane”, The Doors met “Riders on the Storm” en Creedence Clearwater Revival met “Have you ever seen the rain?”. Muzikaal had ik dus geen klagen. Op andere fronten maakte ik me meer zorgen. De nieuwsberichten waren alarmerend: het oog van de orkaan zou over New Haven komen en ons charmante maar enigszins gammele huis was daar vast niet tegen bestand. Ik maakte me echter vooral druk over de mogelijkheid dat we een week geen stroom, gas en warm water zouden hebben. In New York deelden veel vrienden dezelfde zorgen. Enorme rijen bij de slijter waren het gevolg. Je moet er immers niet aan denken dat je midden in een orkaan zit zonder drank! Overal werden feesten gegeven onder het mom van “party like the end of the world”. Het favoriete drankje: the Hurricane, een rumcocktail met passievrucht en sinaasappelsap. Er ontstond een ware run op rum. http://www.foodnetwork.com/recipes/emeril-lagasse/hurricane-cocktails-recipe/index.html

Logischer dan de run op water, zo leek me. Als ik iets wel had begrepen dan was het dat Irene grote regenbuien met zich zou meebrengen en de kusten zou doen overstromen. Aan water geen gebrek. Wel een absoluut gebrek aan praktische zaken in ons huishouden: waar heb ik in gods-vredesnaam die zaklamp gelaten? Waarom heb je als het er op aan komt in plaats van de gebruikelijke 19. 273 waxinelichtjes verspreid over keukenkastjes, bureaulades, gereedschapskisten en EHBO doosjes nu maar een armzalig triootje? En waarom ben ik ooit gestopt met roken zodat ik niet eens meer een fatsoenlijke aansteker bezit? Hoe komt het bovendien dat iedereen zo duidelijk lijkt te weten wat hij moet doen in geval van nood? Sta ik daar klungelig met mijn teiltje de eventuele lekkages in het huis te ondervangen terwijl ik mensen gedecideerd hun ramen zie afplakken en smac zie inslaan alsof er geen morgen is. Als je smac moet eten dan mag je trouwens hopen dat het einde der dagen is gekomen (en dat er na het einde geen smac meer bestaat). Ik sta erbij en kijk ernaar en denk aan Pessoa: “Sluimer, mijn ziel, sluimer! Grijp je kans en sluimer! Sluimer! Kort is de tijd die je gegund is! Sluimer! het is de vooravond van nooit vertrekken!”

Die teiltjes bleken uiteraard lang niet voldoende. Toch hebben wij niets te klagen gehad. Een paar emmers, een ovenschotel en een volle pan met regenwater stroomde de logeerkamer in. Het stucwerk is kapot. Het zal me een zorg wezen. Collega’s van Echtgenoot zijn hun huizen kwijt. Sommige huizen zijn er nog wel maar die liggen op hun kant. Elke dag liggend eten is niet ideaal. Mijn yoga-instructrice woont aan de kust in Branford en heeft nog wel een huis maar haar balkon is van het huis geslagen. Vele plekken, inclusief grote delen van New Haven, zitten al vanaf zondagochtend zonder stroom. ‘s Nachts wordt er geplunderd. Dat is vrij gemakkelijk in het aardedonker. Inmiddels is het leger ingezet om de plunderingen tegen te gaan. Ik stel voor de vuile dieven verplicht een week lang smac en ingeblikte spaghetti te laten eten. Dan doen ze het nooit weer.

Wat deden Echtgenoot en ik aan de vooravond van de storm? Nadat we de plantenbakken hadden binnengehaald en de auto onder de bomen vandaan hadden gereden, stonden wij om tien uur ‘s avonds gehaktballen te braden voor de volgende dag. Als je iets nodig hebt tijdens een orkaan dan zijn het toch gehaktballen. Wanneer je niet weet wat er staat te gebeuren, dan is er tenminste de gehaktbal. Gehaktballen helpen je overal doorheen. Gehaktballen voor wereldvrede. Gehaktballen voor Irene.

Er zijn regels voor een goede gehaktbal. Net zoals er regels zijn voor goede friet. Lekkere patat hoort zacht van binnen te zijn en knapperig van buiten. Amerikanen begrijpen dat niet en serveren ons die oninteressante dunne patatjes. Een gehaktbal hoort mals te zijn. Of je er nu, zoals Johannes van Dam gebakken uitjes en/of garnaaltjes doorheen doet of, zoals Sylvia Witteman, vijf witte boterhammen zonder korst, mals moet hij zijn. Mijn recept, vaak gemaakt en al met velen gedeeld, is een recept afkomstig van de mannen van het restaurant De Librije. Het blijft mijn favoriete gehaktballenrecept:

Voor vier personen

400 gr rundergehakt
2 el ketjap manis
2 el grove mosterd
1 el zout
1 tl cayennepeper (ik gebruik maar een halve theelepel)
2 kleine eieren
80 gr paneermeel (ik gebruik hiervoor meestal crackers of beschuit, wel fijnmaken)
1 el boter
380 ml vleesfond

Meng van de ingrediënten vier gehaktballen. Laat de ballen afgedekt 30 minuten rusten in de koelkast (dit is essentieel omdat de gehaktballen anders bij het braden uit elkaar vallen). Verhit de boter in een braadpan en de braad de ballen hierin rondom bruin. Schenk de fond erbij en laat de ballen, onder af en toe keren, met de deksel schuin op de pan, in 45 minuten op laag vuur gaar worden.